Foto: themoviebanter.com Voila, zo ver was ik dan, ik had mijn eerste vijf kilometer vlot gelopen en was verrassend goed door mijn eerste wedstrijd geraakt. Daar kon ik wel even op teren - een week om precies te zijn - maar daarna begon het weer te kriebelen en overviel me de vraag “wat nu?”. Eigenlijk is vijf kilometer best een comfortabele afstand. Ik ben iets meer dan een half uurtje weg, wat best combineerbaar is met werk en gezin. Ik ben daarna niet helemaal uitgeput, meer nog: ik krijg er energie van. Waarom zou ik dan meer willen? Why run the extra mile?* Is het de moeite om over de grens van de vijf kilometer te gaan? Strikt genomen was ik al over de grens van de vijf kilometer gegaan, want de wedstrijd was 5,2 km. Ik kon dus wel wat argumenten verzinnen om verder te gaan. # 1 Ik ben een vrouw en ik ben ijdelToegegeven, er zijn wat kilo’s te veel aan. Op een goede dag noem ik mezelf “vrouwelijk”, op een minder goede dag ben ik iets minder lief voor mezelf. Maar eigenlijk ken ik mijn comfortabel gewicht. Dat is niet mijn laagste gewicht ooit, noch de perfecte BMI. Wel een gewicht dat ik comfortabel kan behouden en waar ik me comfortabel in voel. Over het algemeen kan ik dragen wat ik wil dragen en vind ik me er best wel oké in. Ik wil deze zomer dus graag die jumpsuit en die maxirok aan en wil me niet schamen in een zomerjurkje of op het strand. Ik weet dat ik daarvoor soms wat extra moeite moet doen, zeker na een stressperiode, wat voor mij sowieso tot stresskilo’s leidt. Ik besef ondertussen ook dat ik van lopen an sich niet vermager, maar ik weet wel dat het me helpt om gezond te leven en te eten. Ik krijg complimentjes van anderen dat ik er beter dan ooit uitzie. Mijn zus zegt dat ze trots op me is en een oud-collega vindt me stoer (hoezo bevestiging nodig?). Ik voel me beter in mijn vel, voel minder de behoefte om te snoepen en eet al eens een ijsje niet mee omdat ik liever ga lopen. Waarom dan niet verder doen wat me goed doet? # 2 Ik ben koppig en heb doorzettingsvermogen (maar ook een klein hartje)Als ik ergens voor wil gaan, dan ga ik ervoor. “Als ze het in haar hoofd heeft, heeft ze het niet in haar …” zeggen ze in mijn geboortestreek en je mag zelf kiezen hoe het wordt aangevuld. Ik ben dus blijven doorzetten voor die vijf kilometer en eigenlijk kriebelde het na de vijf kilometer om nog verder te gaan. Ik had het gevoel dat ik meer kon, en wou dit graag bewijzen, aan anderen maar vooral ook aan mezelf. Want een klein hartje heb ik ook. Elke eerste meters van een looptocht denk ik weer dat ik het niet zal kunnen. Telkens weer lijkt het alsof mijn benen echt zwaar zijn die dag, dat ik toch echt nog moet plassen of dat het precies toch zal beginnen regenen. Mijn hoofd denkt “Deze keer zal het niet lukken”, maar mijn benen lopen door. Mijn lijf lijkt het moeilijker te hebben om te stoppen met wat ik bezig ben, dan om verder te doen met wat ik al deed. Mijn voeten blijven dus koppig op en neer gaan, en voordat ik het goed en wel besef, heb ik al een eerste kilometer gelopen en volgen al gauw de volgende. Soms lijkt mijn lichaam wijzer dan mijn verstand. Lopen is voor mij dus de ideale manier om met negatieve gedachten om te gaan. Ik merk ze op, begroet ze als een oude vriend, maar laat er me niet (meer) door van de wijs brengen. Ik zet door. Het is me voordien gelukt, waarom zou het me nu dan niet lukken? Misschien kan ik wel meer dan ik zelf denk? # 3 Ik ken de runners highAls lopers spreken over “high” wees er dan maar zeker van dat ze “high” bedoelen. Het geeft een kick om een wedstrijd uit te lopen, het geeft een kick om voor de eerste keer een afstand te behalen en het geeft een kick om door te zetten. Dat is niet alleen een mythe of een verkooptruc om je van de bank te halen, maar ook wetenschappelijk bewezen. Je weet misschien al dat tijdens het sporten endorfines vrijkomen, die een gelukzalig gevoel geven. Onderzoekers ontdekten ook nog dat je tijdens het sporten BDNF aanmaakt. Dat is een reflex ter bescherming van het lichaam tegen hoge dosissen van stress, door de snellere hartslag. De stress die ik wellicht ervaar in de eerste meters die ik loop. Door toch door te zetten maakt mijn lichaam BDNF aan, een stof die de transmissie van signalen tussen verschillende delen van de hersenen stimuleert. Dat verklaart waarom ik tijdens het lopen soms echt het gevoel heb alles onder controle te hebben en weer zicht te hebben op mijn berg to do’s. Maar belangrijker nog dan deze wetenschappelijke uitleg, is mijn gevoel van zelfwaarde. Want meer nog dan bij andersoortige drugs komt het euforische gevoel helemaal door mezelf: geen vreemde stoffen in mijn lijf die me doen zweven, wel ik die mezelf heb laten vliegen. Misschien kan ik mezelf dan nog wel meer laten vliegen? # 4 Ik ben een loperMaar last and definitely not least : ik loop graag. Ik heb me nooit echt met een andere sport geassocieerd, maar hiervan kan ik zeggen dat ik het echt graag doe en voor mezelf doe. Ik voel me zelfs een loper. Sterker: ik durfde het hierboven al te schrijven en schrijf het nu opnieuw: “ik bén een loper”. Waarom dan niet verder doen wat ik gewoon graag doe?
Ik ga dus door en hou jullie verder op de hoogte. Want geef toe, stel je voor dat je deze blogs niet meer zou kunnen lezen, dat zou toch echt een gemis voor jullie zijn (hoezo zelfoverschatting?). *Nu voel ik me even Carrie Bradshaw. Nelle.
2 Comments
martine nieuwborg
27/5/2015 06:31:12 pm
Prachtig, Nelleke! Het lopen maakt je mooier om mooier! Ik ben fier je zo te kennen!
Reply
Nelle
11/6/2015 03:50:01 pm
Dankjewel! Ik word er een beetje verlegen van :-)
Reply
Leave a Reply. |